Het is niet meer de vraag of er een algemene werkduurvermindering komt, het is wel de vraag “Wanneer?”
De vermindering van de wekelijkse arbeidsduur tot ongeveer 30 uur wint aan populariteit. Door de situatie met corona zijn er thans veel mensen die thuis zitten met of zonder een (extra) uitkering. Anderzijds tonen studies aan dat – eens de coronacrisis voorbij – er zeer veel jobs zullen bijkomen. Het risico dat sommige profielen definitief aan de kant zullen blijven staan is echter niet ondenkbaar. Dat is een slecht vooruitzicht als er morgen zeer veel vacatures bijkomen.
Er zullen ook veel mensen omgeschoold moeten worden. Voor diegenen die met een uitkering thuis zitten is dat geen voor de hand liggende optie. De vrije tijd die ze nu nog noodgedwongen moeten aanvaarden zal evolueren naar een kostbaar iets. Dat na verloop van tijd terug vervangen door een stresserende fulltime job is niet evident. Daarom dat het beter is die mensen – tenminste deeltijds – aan het werk te houden. Daarnaast moet zoveel mogelijk ingezet worden op opleiding en aan de balans tussen werk en privéleven. Daarom dat snelle en drastische wijzigingen beter nu genomen worden.
Werken zal anders moeten gedefinieerd worden. Flexibel kunnen wisselen tussen thuis- of afstandswerken, huishoudelijk werk, privé bezigheden, eigen en collectieve vrije tijd zal noodzakelijk zijn. Dat zal maar kunnen als ook een aantal ‘Heilige Huisjes’ afgebroken worden. Onze arbeidsmarkt kan het niet meer stellen met hier en daar een renovering of het bijbouwen van een zoveelste koterij. Ze moet een nieuwe, transparante en eenvoudige nieuwbouw worden.
In ‘Het solidair-individualisme’ maak ik tabula rasa met het huidige systeem van werkorganisatie. Vanop een tekstverwerker lijkt dat gemakkelijk, maar geloof me, ik heb zeer veel studies gelezen en ben gaan opzoeken hoe ze het elders (al) doen. Natuurlijk hangt ook een en ander samen met de heersende mentaliteit van de bevolking, al dan niet centraal aangestuurd. China is soms moeilijk te vergelijken met pakweg Zuid-Afrika of Hawaï. Maar toch zie je in landen waar het individualisme stijgt, ook de individuele werkduur anders ingevuld wordt. Hoe individueler een samenleving ingesteld is, hoe soepeler arbeidsvoorwaarden met andere marktafspraken toegepast worden. De arbeidsmarkt wordt een gelijker speelveld tussen werkgever en werknemer. De – meestal hoger opgeleide – werkkracht kiest meer en meer zelf zijn werkgever. Overal duiken initiatieven (bijvoorbeeld jobbeurzen) op waarbij werkgevers zelf op zoek gaan naar geschikte profielen. Solliciteren wordt vervangen door vraag en aanbod, met dien verstande dat het de kandidaat-werknemer is die het aanbod doet.
In de derde werf voor een nieuwe samenleving ‘De verkorting van de arbeidsduur en versoepeling van de carrière in een betere arbeidsmarkt‘ in mijn boek wordt uitgelegd hoe de verscheidene tijdsbestedingen mooi kunnen samengaan met het afschaffen van voorbijgestreefde situaties (bijvoorbeeld betaalde feestdagen of beter betaalde zondagen). Voor wie het boek (nog) niet gelezen heeft, het komt hier op neer:
- In een langere periode (bijvoorbeeld 20 jaar) wordt de werkduur afgebouwd tot 175 dagen per jaar voor iedereen. Mijn voorkeur gaat naar over andere dag werken voor een externe werkgever, maar andere mogelijkheden (bijvoorbeeld week op/week af) blijven. Er komt meteen een regeling die minimaal 175 dagen voorziet en daarnaast tijdelijke mogelijkheden om meer te werken, zodat het geen schok wordt voor de economie. Alle prestaties worden uitgedrukt in werkuren.
- Betaalde feestdagen worden afgeschaft. Er blijven wel feestdagen bestaan, er komen er zelfs bij. In het voorgestelde systeem van over andere dag werken, inclusief zater- en zondagen, vallen die feestdagen – niet toevallig – op een dag dat men (essentiële beroepen niet meegerekend) niet moet werken. Ook de scholen zijn op die dagen niet open.
- Naast het betaalde werk voor een externe werkgever wordt er ook werk voor een interne werkgever geïntroduceerd, flexiwerken genaamd. Het betreft voornamelijk huishoudelijk werk dat evenzeer door een andere werkkracht zou kunnen gedaan worden. Enkel de handelingen die bij het grootbrengen van kinderen horen, inclusief thuisonderwijs, horen niet bij het nieuwe flexiwerken.
- Er zijn meer details uitgelegd in het boek.
Heb je na het lezen van dit artikel bemerkingen of heb je een ander standpunt? Dan lees ik dat graag in de commentaar hier onder.